Microdoseersysteem universeel

STANDARD
Laag niveau (met niveau schakelaar)
Vulopening met oliefilter
Transfer slang 3mt
Tot 1 pomp uitvoerfunctie
1 toepassing voor elke uitgang. Mondstuk is vereist.

TOEPASSINGSGEBIEDEN
Cirkelzaagmachines
Draadsnijmachines
Freesmachines
Schrobbank
Bandzaagmachines
Boormachines
Draaibanken

TE GEBRUIKEN VLOEISTOFFEN
Plantaardige essentiële snijoliën
Industriële oliën
Essentiële oliën op basis van oplosmiddelen
Ketting- en tandwieloliën


Montage:
Bevestig het microdoseersysteem op een goedbereikbare doch beschermende plaats op de machine. Let hierop, dat de lengte van de meegeleverde toevoerslang het z’n doel kan bereiken. Bevestig het spruitstuk zodanig dat het met de bewegingen van de machine (indien van toepassing) mee kan bewegen en niet in de weg zit bij gebruik van de machine. Leid de toevoerslang naar het microdoseersysteem over of door de machine. Let hier ook weer bij op dat de toevoerslang niet bekneld of beschadigd raakt door; beweging van de machine, tijdens bewerkingen met de machine, door de omgeving van de machine en of algemeen gebruik ervan.

Elektrisch aansluiten van het microdoseersysteem:
Sluit de voeding (24V ac/dc) van het microdoseersysteem op de machine z’n beschikbare 24V wisselspanning (ac) of gelijkspanning (dc). Is deze niet beschikbaar, dan dient de machine hiervan voorzien te worden met eventuele controlefuncties (stuurrelais, aan/uit schakelaar). Meest eenvoudig is gebruik te maken van het hoofmotor relais van de machine. Een contact of de aansturing van het relais kan hiervoor gebruikt worden. Enige kennis van elektra is wenselijk. Neem bij twijfel contact op met de leverancier.

Aansluiten van perslucht op het microdoseersysteem:
Sluit het microdoseersysteem aan op een beschikbaar persluchtaansluiting met een werkdruk van 4 tot 6 Bar. De luchtinvoer is een insteekkoppeling van 6mm welke geplaats is aan de achterzijde van doseerventiel van het microdoseersysteem. Vanwege de diversiteit van type luchtaansluitingen is hier verder geen slang of koppelingen in voorzien.

Ingebruikname en afstellen:
Zorg alvorens voor ingebruikneming van het microdoseersysteem, dat het vloeistofreservoir een minimale vulling van een wenselijk smeermedium is afgevuld. Een vlotterschakelaar voorkomt de werking van het systeem als het niveau te laag is.

Controleer nu of het microdoseersysteem inwerking komt als te machine gestart wordt. Controleer ook nog voor de zekerheid of de montage van het systeem geen hinder geeft tijdens de werking van de machine. Als het goed is zal het rode power indicator led gaan branden. Ook zal wisselend de groene led’s ON/OFF oplichten ten teken dat de aansturing van het doseerventiel functioneert.

Met de knop “smeerbereik” kan de tussenliggende pauzetijd van de smeerpuls ingesteld worden. Op 1 korte pauzes tussen de pulsen en op 10 lange pauze. Met de knop “smeertijd” kan de lengte van de puls of hoeveelheid smering ingesteld worden. Op 1 minimale smering per puls en op 10 maximale smering per puls.

Bij ingebruikneming kan het voorkomen dat het doseerventiel ontlucht moet worden voor deze smeervloeistof doorlaat. Schroef de aflaatplug voorzichtig los en laat wat smeervloeistof eruit lopen. Schroef deze hierna weer dicht. De plunjer voor het instellen van de hoeveelheid smeervloeistof per shot/puls kan indien nodig kleiner gemaakt worden, door deze slag korter te maken. Doe dit met de duimschroef links van de afbeelding. De hoeveelheid lucht kan ingesteld worden door de luchtstroom afstelling. Als deze schroef (met borging) uit gedraaid wordt, wordt de luchtstroom groter. Hierdoor verneveld de smeervloeistof beter. Let op, draai deze niet te ver open ander wordt de verneveling dusdanig groot dat het mist. Zorg voor een goede balans qua lucht en hoeveelheid smeervloeistof voor de toepassing van machine en product.

Aan de achterzijde van het doseerventiel kan ook de luchttoevoer van de plunjer ingesteld worden. Deze moet voldoende zijn opengedraaid om de plunjer te laten bewegen.

Wanneer alles is naar wens is ingesteld hoeft er alleen nog met de knoppen smeerbereik en smeertijd gewerkt te worden.